Op 21 augustus zijn we om 13.16 uur na een voorspoedige reis geland op Nederlandse bodem. Eerst zullen we een aantal maanden in het een tijdelijke woning aan de Postweg in Lunteren verblijven (we zijn dankbaar voor die mogelijkheid), totdat ons nieuwe huis aan de Hulakker klaar is. Voor nu is het ‘landen’ begonnen, we zijn inmiddels ook weer officieel Nederlandse burgers, we staan weer ingeschreven in Nederland. De jongens hopen maandag 26 augustus gelijk te starten in hun nieuwe klas omdat de scholen ook weer begonnen zijn na de zomervakantie.
Waar we voor nu erg naar uit kijken is dat je op dingen kunt rekenen. Dat er gewoon stroom is. En brandstof. En boodschappen in de winkel als je die nodig hebt. Dat je enigszins kunt plannen. Dat het veilig is. De hulpdiensten die met uiterlijk een kwartier er voor je staan. Ook het weer optrekken met familie en vrienden lijkt ons mooi. Gewoon even samen zijn, of praten over gedeelde interesses. En het lijkt ons heel bijzonder om na jaren zwerven en tig keer verhuizen straks ons ‘eigen’ plekje te krijgen om te wonen. Daar zien we echt naar uit.
Wat we vooral gaan missen aan Papoea-Nieuw-Guinea nu we weer in Nederland zijn is een heleboel, om te beginnen denken we aan het vliegen, hoe waardevol dat voor de mensen is. De schitterende, indrukwekkende natuur. Maar het meest toch wel de mensen. De warmte in de contacten. Men is niet veroordelend en ook niet zo op het eigen ik gericht, maar veel meer op het gemeenschappelijke. Je kunt altijd bij elkaar aankloppen. Bij deze mensen voelen we ons echt op ons gemak. Hoewel we altijd te gast blijven en veel van de cultuur ook niet begrijpen, is het toch vertrouwd geworden. We voelen ons bevoorrecht dat we dat hebben mogen meemaken en veel van hen hebben kunnen leren. De mensen hier geloven vooral met hun hart en dat heeft iets heel moois. De hartstocht in het aanbidden van God werkt aanstekelijk. Over God en geloof wordt openlijk gepraat en het is helemaal verweven met het dagelijks leven. Bij positieve dingen wordt God gedankt en bij nood gebeden. Het is heel gewoon een gesprek te eindigen in gebed. Die ‘warmte’ zullen we best gaan missen.
We willen nu nog tegen onze achterban, dus u, die dit leest, zeggen: Tenk yu tru! Dat is Tok Pisin voor ‘werkelijk, oprecht, hartelijk bedankt’. Het besef dat God zowel tijdens het verblijf in het buitenland als tijdens de verlofperioden zoveel mensen gaf die achter ons stonden, het is met geen pen te beschrijven hoe waardevol dat voor ons is! Daarom: Tenk yu tru!